Latin America journey

Surfer´s Paradise

Inmiddels is er weer een week in sneltreinvaart voorbijgevlogen, en dit land blijft me keer op keer weer verbazen in zoveel opzichten. Aan het thuisfront zal de tijd door toedoen van de dagelijkse sleur waarschijnlijk langzamer voorbij kruipen dan hier, dus wil ik bij deze jullie lichtpuntje zijn in de dag met een nieuw verhaal en foto´s over het verloop van week 2 in Nicaragua.

Om alle bezorgde reacties op mijn gastenboek even van repliek te dienen: met mijn rechtervoet gaat het weer helemaal goed, althans wat betreft de stingray steek dan. Inmiddels vond een ander insect het leuk mijn voet te grazen te nemen en ben ik nog op een steen gesprongen in de zee, dus op mijn voet lijkt nog een grotere vloek te berusten dan de bermudadriehoek. Afzagen met de Multitool van de jaarclub heb ik nog even overwogen, maar uiteindelijk toch maar van de baan geschoven. Maar wees vooral niet ongerust, lopen gaat nog prima. Voedsel is hier, in tegenstelling tot alle verhalen voorafgaand van kennissen, over het algemeen prima te eten. Zowel lokaal eten als westerse invloeden kan onze maag prima verdragen. Alleen Hollandse kaas mis ik wel, maar waar in de wereld is dat niet het geval? Slaapaccommodaties en hostels zijn tot nu toe in bijna alle gevallen goed voorzien in al hun faciliteiten, hygiëne en sociale plekken, een uitzondering daargelaten. Bovendien is de` Lonely Planet` reisgids echt mijn bijbel geworden en tips van medebackpackers stromen ook binnen. Kortom, weinig om bezorgd over te zijn, behalve de corrigerende rechterhand van Renée die soms uit onverwachte hoek kan komen.

In week 2 vervolgde ik (opvallend genoeg nog steeds met Renée) mijn reis van Esteli naar Matagalpa. Aan de laatste stad zelf niet heel veel bijzonders te zien, maar het contrast met de omgeving was des te mooier. Vanuit hier hebben we de plantages bezocht van met name koffie is nabijgelegen dorpje Selva Negra (oftewel zwart woud), ooit gesticht door Duitsers die door de vruchtbare vulkanische grond de kassa al hoorde rinkelen. De tour rond de plantages hadden we helaas net gemist, dus besloten we zelf over de lokale wandelpaden in het bos te gaan lopen. We vonden ´sendero romantico´, i.e. romantische pad, wel uitdagend genoeg klinken. De wandeling langs wilde soort miereneters en brulapen was mooi, alleen hebben we de laatste niet kunnen zien. Renée vond het leuk om in haar enthousiasme romantisch vol door haar enkel heen te zakken, waardoor ik mij binnen luttele seconden in een soort Romio en Julia tafereel bevond; Ik door mijn knieën gezakt met de arme meid in mijn handen terwijl ik tegen een gelaatsuitdrukking aankeek dat veel van sterven weg had. Met een verbeten blik heeft ze de wandeling toch afgemaakt, en ik moet toegeven ze gedroeg zich als een bikkel waar ik louter respect voor kan hebben.

Na de minst comfortable nacht in een hostel tot nu toe zijn we in de drukkende hitte via overvolle chickenbussen doorgereisd naar Granada. (zie de routekaart op mijn weblog). Onderweg werd er nog een stervend schaap van het dak getild, die de hitte niet meer kon verdragen. In tegenstelling tot Esteli en Matagalpa troffen we in Granada het sociale backpackers epicentrum van het land aan. Hostel ´the bearded monkey´ was tot nu het het leukste hostel dat we zijn tegengekomen. De gigantische patio met een bar, grote planten en vele hangmatten was uiterst relaxt te noemen en lezers die hier ook zijn geweest, zullen dit kunnen beamen. We hebben hier dan ook vier nachten vertoefd. Granada zelf is een heerlijke stad aan het grote Nicaraguameer en heeft niet verwonderlijk ooit als hoofdstad gefungeerd. Ooit waren Leon en Granada in strijd verwikkeld als belangrijkste stad van het land, en in een verleden brak er zelfs een burgeroorlog uit. Managua is als een soort van compromis tussen de twee als hoofdstad gekozen en inmiddels uitegroeid tot verreweg de grootste stad. Als je het met locals over Leon hebt, is de rivaliteit tussen Leon en Granada nog steeds merkbaar. Een aantal kerken hier bieden een fantatisch uitzicht over de stad en het meer, zie hiervoor de fotobeelden. Vanuit Granada hebben we samen met onze Colombiaanse vriend James een tour gedaan over de vulkaan Mombacho die in de verte vanuit de stad zichtbaar is. Na een flinke training van de kuitspieren gedurende de hike naarboven hadden we een heerlijk uitzicht over de grootste krater van de vulkaan en het Nicaraguameer, het op éen na grootste meer in Latijns Amerika. De vulkaan is al eeuwen slapend en volledig begroeid, maar in de verte kun je de actieve vulkaan van Masaya zien roken. Onze lokale tourguide wist extreem veel van de lokale flora en fauna, en boeide ons in het lokale koffiemuseum ook met vele verhalen. De wandeling van twee uur sloten we af met wederom een spectalaire onderneming, genaamd de canopy tour. Via zestien platformen hangend aan een kabel over de boomtoppen scheren met snelheden tussen de veertig en vijftig km/huur. Superman was er niets bij.

Op onze laatste dag hebben we de markten van de nabij gelegen stad Masaya bezocht, waar alle lokale handwerken van de naburige dorpjes te koop zijn. Uiteraard een hoop troep, maar er zijn ook prachtige geweven een- of tweepersoons hangmatten te koop. Helaas voor ons geen optie, met nog vier maanden voor de boeg. Ik kan mij namelijk niet voorstellen dat mijn zusje in Australië met 22 kilo om haar schouders heeft gelopen, tenzij ze een persoonlijke slaaf van een medereiziger bij zich had. Ik overweeg nu al om mijn bijna vijftijn kilo terug te brengen naar elf of twaalf. Terug naar de orde van de dag, hebben we ´s middags nog de Laguna Apoyo bezocht, een groot meer dat in een oude krater ligt. De krater zorgt er nog steeds voor dat het meer een aangename temperatuur heeft. De idyllische plaatjes die jullie tussen de foto´s zien spreken denk ik boekdelen. ´S avonds zijn we naar een lokaal live café flink tot het gaatje gegaan met o.a. de guide van de tour die in ons bijzijn ruzie met zijn vriendin kreeg, omdat hij met ons wilde uitgaan. De Nica´s kregen ons flink aan het dansen, en Renée werd door de ene vent na de andere naar de dansvloer gesleurd.

De laatste twee dagen brengen we op het moment van schrijven door in San Juan del Sur, het surfoord van het land in het zuiden aan de Pacifische kust. Gisteren zijn we met een groep travelers naar een geweldig verlaten strand gegaan op een half uur van de stad. De wind is nog steeds erg sterk, en zo sterk dat de golven nu soms wel vier a vijf meter zijn! Mijn beginnende surflessen stel ik dus nog maar even uit. Bij het schrijven over mijn belevenissen kom ik haast superlatieven tekort om al het moois te beschrijven, want het strand was wederom prachtig. ´s Avonds nog in de baai van San Juan del Sur de zonsondergang bekeken en bezongen met een gitaarbegeleiding van een Argentijn en een Canadees.

Morgen vertrekken we voor de grootste reis tot nu toe volledig naar de dunbevolkte Caribische kust om te eindigen op de Corn Islands. Je kan er heen vliegen, maar we hebben besloten om de tocht volledig over land en over de rivier af te leggen. Drie bussen, en drie boten later zullen we op Little Corn Island zitten, zo´n 70 km uit de kust van de Caribische kust. Een aanrader is om te googlen en te zien wat voor een paradijs het daar moet zijn. Over een week zullen de foto´s daarvan te zien zijn. De foto´s van week 2 staan inmiddels op dezelfde picasa weblink als de vorige keer, die jullie altijd kunnen terugvinden onder 'foto´s' via mijn weblog. Voor het gemak, hier is de link nogmaals:

http://picasaweb.google.nl/b.zegers

Het blijft leuk om jullie reacties te lezen, bedankt!

Bas

Voor Renée haar weblog zie:
reneekeijsers.reismee.nl

Doing it Steve Irwin´s Style...

Hello all,

Op het moment van schrijven weet ik nu al niet waar ik zou moeten beginnen, ookal heb ik vijf dagen te beschrijven. Laat ik beginnen met de mededeling dat alles heerlijk is hier, ik de Spaanse taal beetje bij beetje meester wordt, de vrouwenhier mooier zijn dan ik had verwacht en Renee nog steeds opvallend en boven verwachting goedgestemd is...

De eerste dag Managua begon met een stuk meer chaos dan ik had verwacht. Iedere taxi toeterde ongeveer bij ons passeren. In eerste instantie was ik in de veronderstelling dat dit geheel te wijten was aan het feit dat er een blonde schone naast me liep, maar ook ik kan er wel eens naast zitten. Puur om aan te geven dat ze nog plekken vrij hebben, toeteren ze de oren van je hoofd af. Zes dagen later ben ik er geheel aan gewend. De stad is zelf zo groot als de provincie Utrecht, dus taxi´s voor een dollar per persoon zijn meer dan welkom. Managua heeft als stad verder weinig om het lijf. Het enige dat mijn interesse echt wist te vestigen was de grote armoede die delen van de stad toch echt kenden. Enkele sloppenwijken gebouwd uit pikzwarte landbouwzeilen waren nog maar een schamele afspiegeling van de 50% werkloosheid die het land volgens de boeken kent. De hierop volgende dagen waren dan ook echt een opluchting voor ons, want naast de hoofdstad heeft dit land zoveel moois te bieden.

We zijn nog een nacht in Managua gebleven om de volgende dag al vroeg naar Leon te vertrekken in een bestelbus vol locals. De ervaring leert dat afdingen, hetzij in gebrekkig Spaans, altijd helpt aangezien het volk hier in enkele gevallen hoger inzet bij een tourist dan bij lokale bevolking. Toch betaal je voor een ritje Leon (bedenk 3 tot 4 uur rijden) per persoon omgerekend maar twee euro.Wat een verschil was Leon met Managua; Een en al leven in de stad, overal markten en lokale fruitverkopers. De bouw is hoger dan in de hoofdstad en alle gebouwen zijn in diversiteit en kleuren veel meer aansprekend. Big Foot hostel bleek dé sociale ontmoetingsplek met andere backpackers, waar we gelijk al een Zuid-Amerikaan, Canadees en een Nederlands stelletje uit Groningen leerden kennen. ´s Avonds vloeiden de cervesas (biertjes) al rijkelijk en deden we voor het eerst een poging in het Nicaraguaanse nachtleven. Engels blijkt maar weer dé wereldtaal en is tot nu toe dan ook nog een verademing in vergelijking met ons Spaanse gestuntel. Gezien het feit dat je hier al rond een uurtje of acht goed kan beginnen met uitgaan, lijkt het een beetje op de sporadische Utrechtse vroegborrel, want rond middernacht lig jeal je nest. s´ Ochtends is het een gevecht met de warmte en in bijna alle gevallen wint de zon het van de kater.

Donderdag zou later een onvoorziene wending te krijgen op de stranden van Las Peñitas op 20 km van Leon. Dit dagtripje deden we samen met het Groningse tweetal. Sommige onverharde wegen hebben hier gaten van dieper dan eenmeter, dus stiekem is een grote bus in dit geval een veel beter idee dat een laag bij de grondse taxi. Een lesje voor de volgende keer. Volgens inmiddels tot Bijbel gedoopte ´Lonely Planet backpackersgids´ moeten er nog mooiere stranden zijn, maar Las Peñitas was in onze ogen al zo´n waar paradijs. De langeen zo goed als verlatenstranden metop de achtergrond gigantische palmbomen en cirkelende roofvogels in de lucht staan op het moment van schrijven nog steeds op mijn netvliezen gebrand. Dit laatste misschien vanwege het feit er tijdens onze derde zwempoging zich iets vreemds voordeed. Ookal was in nauwelijk tien meter van de kust, voelde ik een pijnlijke beet in mijn voet terwijl ik op iets stapte. Het had iets weg van een krabhamer die mijn teen vasthad en terwijl ik zo snel mogelijk de zee uitzwom voelde ik de pijn versterken. Eenmaal op het strand gutste het bloed uit mijn rechtervoet en met de doktersraad van Renée kreeg ik ook nog eens te horen dat de wond aldus vrij diep moest zijn. Een aantal locals kleine locale jochiers waren al snel ter plekke en riepen ´una raya´, en al kort daarp werdeen lokale houder uit de surfshop verderopgealarmeerd. Ik bleek een steek van een stingray te zijn, oftewel een pijlstaartrog. De gedachtedat de Australische Discovery Channel icoon hieraan overleden was, deedme aanvankelijk goed schrikken.Met een vacuumpompje werd het gif uit mijn voet gezogen door de surfshopeigenaar en zodoende moest hij dit in het uur erna tot tienmaal herhalen. De pijn was aanvankelijk enorm, maar trok niet verder dan mijn knie. Achteraf kreeg ik een goede pijnstiller en het advies met warm water de pijn te verminderen. Doktersbezoek was niet nodig aangezien de pijn na twee dagen zou verdwijnen. Met een paar goede biertjes in de strandtoko verderop hebben we daarna de pijn maar weggedronken en opvallend genoeg was twee uur later de pijn echt helemaal weg. De sunset was overigens idyllisch te noemen. De volgende ochtend was alle pijn opvallend genoeg al weg.

Vrijdag stond in het teken van weer een hele ervaring, omdat we een vulkaan zijn gaan beklimmen, en lastbut notleast, met een board in één minuut weer naar beneden gaan, ookwel ´vulcanoboarden´.Achterin een pickup met bizarre snelheden door de lokale gebieden heen scheuren. Vergezeld door een aantal Canadezen beklommen we de pikzwarte vulkaan ´Cerro Negro´. Samen met een houten board en een rugzak de stijle vulkaan opcirkelen was zeer indrukwekkend te noemen. Toch was de wind bijna niet te houden naarmate we na een uur bijna de top bereikten. De windsnelheden die gehaald werden waren volgens de tourguide nog nooit voorgekomen en Renee en ik hadden een aantal keer bijna het gevoel van de top af geblazen te worden. Het uitzicht van de vulkaan was magnifiek en de impressies laat ik dan ook maar aan de foto´s over. In een oranje bajesoutfit en beschermingsbril werd ons vervolgens verteld op een board naar beneden te gaan, met de melding dat het steilste stuk bijna 50% helling betrof! Ik vroeg nog of de grote rotsen in de vlakte er beneden soms memorial stones´ waren voor degenen die het niet hadden overleefd. Met zo´n 50 km/h naar beneden terwijl er keien zo groot als appels op je af vliegen was de heftigste sport die ik ooit gedaan heb!

Na het fantastische verblijf in Leon, bevinden we ons nu inmiddels in het plaatsje Esteli. Het volk is hier uiterst vriendelijk en de bejaarde hosteleigenaar wil ons met alle goede bedoelingen helpen. Iets minder socializen hier met medebackpackers maar zeker de moeite waard. Hoogtepunt van ons verblijf hier is het bezoek vandaag aan de waterval Salto Estanzuela. In onze wandeling ernaar toe werden we door een groep vrienden in een pickup opgepikt om ons zomaar een lift aan te bieden. Ze vertelden ons dat ze vandaag gingen aan ´rapelling´ gingen doen, oftewel abseilen door 40m hoge waterval. Er was toevallig vandaag een groep ervaren klimmers aanwezig vandaag bij wie je dit kon doen. Helaas kwamen we net wat geld tekort om dit allebeite doen. Ookal wilde Renée ook graag, was ze een grote schat om dit aan mij af te staan. De klim naar beneden was fysiek heftig te noemen, maar echt heel vet om te doen. Zie foto´s voor een impressie. Uiteindelijk hebben gezellig gegeten met de groep die ons eerder had opgepikt en hebben we ons uiterst goed vermaakt met de Engels sprekende Nicaraguese macho´s. Een telefoonnummer rijker voor een eventueel goed avondje stappen in Managua, hebben we eigenlijk nu pas te tijd genomen om ons verhaal te vertellen in een van de vele internetcafé´s.

Resumerend: we genieten voluit, Spaans is het nog aanpoten enal met al hebben we een onverheersend veilig gevoel hier. Met name ´s nachts hebben we gewoon niet teveel geld op zak als we de deur uitgaan. Terugkijkend opde afgelopen zes dagen, kan ik nu al niet wachten op wat dit land ons nog meer tebrengend heeft.Morgen staat Matagalpa op het programma, een stadje iets meer landinwaarts.

Foto´s gaan we morgen uploaden!We hebben nu helaas geensnoertjes bij ons.

Hopende dat jullie mij en Renée nauwgezet blijven volgen,

Bas

Voor Renée haar weblog, zie reneekeijsers.reismee.nl

Vervreemd wakker worden met 36 graden!

Hey everyone,

Buenos tardes!

We zijn met enige vertraging in atlanta uiteindelijk om twaalf uuraangekomenbij Managua Backpackers Inn en we hebben nu al het gevoel dat we het luxer dat dit niet krijgen. We hebben een private twin room met schone badkamer, warme doucheen een grote ventilator. De nachtrust was onze grootste vriend, want door alle spanning en opwinding hadden we ongeveer 24 uur niet geslapen!

De tien uur vliegen naar Atlanta was een eitje, De uren op op Amerikaanse bodem duurden naar ons gevoel iets langer, met name door het feit dat je door de vele security checks, handtas controles en fouilleersessies al voor terrorist wordt aangezien als er geen USA in je paspoort staat. Nog even bij de Burgerking een ouderwetse wopper verteren om de twee uur vertraging uit te zitten, maarten slotte waren we zo in Managua.

De cultuurschok kon beginnen. Bij aankomst op het airport hingen er gelijk al twee kindjes aan m´n armen, de Taxi´s spugen uit ramen en toeteren de hele stad door.Voor de lezer zal het een geruststelling zijn dat we veilig zijn aangekomen. Voor mij was het een geruststelling dat Renee na zo´n reis nog steeds in een wonderbaarlijk goed humeur verkeerde, een waar contradictio in terminis als ik denk aan de woorden van haar goede vriendinnen.

Op het moment van schrijven is het bij ons half twaalf in de middag en zal het bij jullie zeven uur later zijn. De maag rommelt, dus wij gaan de stad in op zoek naar een stevig ontbijt en een nieuw hostel in Managua.

Hasta luego!

Bas

Morgen 10.10 uur: Depart from Schiphol Airport!

Welkom everyone op mijn weblog waar iedereen mijn reis kan volgen. Op dit moment is deze reislog nog redelijk kaal, maar deze zal spoedig vanaf locatie gepimpt worden.

Morgen is het zover, nog ff relaxen, en dan vertrek ik om 10.10 vanaf Schiphol via Atlanta naar Managua.

We'll keep in touch!

N.B. Per 1 maart 2009 ben ik niet meer bereikbaar op mijn mobiele nummer. Deze is tijdelijk geblokkeerd. Via de e-mail en deze weblog kunnen jullie me altijd bereiken!